De organisatie: Jule Gilles, Walter Pet en Jesse Kuiper.  Laura Vermeer ontbreekt op de foto. Foto: Arjen Dieperink
De organisatie: Jule Gilles, Walter Pet en Jesse Kuiper. Laura Vermeer ontbreekt op de foto. Foto: Arjen Dieperink Foto:

Pop-up restaurant Jardin maakt tijdelijk gebruik van Stadshuus

LOCHEM - Ze zijn populairder dan ooit: pop-up restaurants. Je ziet ze dan ook steeds vaker overal verschijnen. Zo ook vorige week in Lochem, toen pop-up restaurant Jardin zich twee dagen in het Stadshuus vestigde.

Een brede trap gaat naar de kelder van het Stadshuus in Lochem. Beneden staat een tafel met ruim dertig wijnglazen, keurig opgesteld met enkele nog niet brandende kaarsen. Iets verder een tafel met een stuk gewei en een oud jachtgeweer. Het is de entourages van pop-up restaurant Jardin, wat in het Frans tuin betekent. Eén van de initiatiefnemers van het pop-up restaurant is de tweeëntwintig jarige Walter Pet. Hij vertelt over het initiatief: "Het is niet de eerste keer dat wij dit organiseren. Deze keer duurt het twee dagen dat wij op één locatie blijven. Voorheen was het maar één dag. De eerste keer vond plaats in onze tuin in Geesteren, daarom hebben wij de Franse benaming voor tuin gekozen voor ons reizende restaurant."

Walter Pet doet het niet alleen, hij krijgt steun van van twintigjarige vriendin Laura Vermeer. Ondertussen mengt zich de drieëntwintigjarige Jesse Kuiper zich vanuit de keuken met het gesprek. Hij is ook één van de vier organisatoren. "Wij proberen iedere keer iets anders voor elkaar te krijgen", zo vertelt hij terwijl hij het menu met een palet van verschillende gerechten laat zien. Jule Gilles dekt de tafels in, zij is als twintigjarige de jongste van het viertal.

Walter Pet: "Ik heb voorheen in 't Runderke gewerkt en ken Lochem. Tegenwoordig werk ik in Proeflokaal 01 in Borculo als bedieningsmedewerker. Voor een pop-up restaurant is niet gemakkelijk om een juiste ruimte te vinden. Bij particulieren dien je een grote keuken en kamer te hebben, dat is niet overal mogelijk. Hier in het Stadshuus kan het wel. Wij nodigen vrienden en bekenden uit om te komen eten. Verder krijg je veel mond tot mond reclame. Wel geldt: vol is vol. Vanavond hebben wij elf gasten en morgenavond vierentwintig. Men ontvangt allemaal vijf gangen. Het is een hobby, wij leren er ook veel van. Houden wij eventueel geld over dan gebruiken wij om apparatuur aan te schaffen. Dat moeten wij wel iedere keer weer meenemen".