Afbeelding

Paddentrek

Opinie

Bij het ingaan van het Baakse bos hangt het vol met bordjes. ‘Paddentrek’, staat erop. Die vindt – als ik de bordjes moet geloven – plaats tussen zeven uur in de avond en zeven uur in de ochtend. Ik werp een blik op het asfalt. Geen pad te zien. Dat kan kloppen, want het is midden op de dag. Toch vraag ik me een heleboel af. Wat moet je doen als je die padden wel ziet? Remmen? Slalommen? Met hoeveel zijn die padden? Een stuk of tien? Honderden? En waarom moeten ze juist hier de Beukenlaan oversteken? Drukke weg, levensgevaarlijk!

Ik zie de noodzaak ook niet. Links: bomen. Rechts: ook bomen. Mijns inziens moet zo’n pad zich hier aan beide zijden van de weg prima kunnen redden, maar ik heb er geen verstand van. Daarbij ben ik geen pad. We zoeken het op. Wikipedia vertelt dat de padden na hun overwintering in een bosgebied naar een poel, plas of gracht trekken om hun eieren af te zetten en te bevruchten. De padden – daartoe behoren ook kikkers als de bruine kikker en de heikikker – komen praktisch gelijktijdig uit hun winterslaap en trekken er dan massaal op uit.

Winterslaap, heerlijk! Al is het Nederlandse klimaat van tegenwoordig wel verwarrend. Ben je als pad eindelijk wakker in de veronderstelling dat het mooie weer gearriveerd is, gaat het sneeuwen. We lezen verder: het blijkt dat de padden zo’n anderhalve kilometer kunnen afleggen. Geen wereldreis. Anderhalve kilometer, dat is van Hengelo Noord naar Hengelo Zuid. ‘Hoe ze zich bij hun trek oriënteren, is de wetenschap nog niet duidelijk’, lees ik. Moeten we nog meer bordjes plaatsen? ‘Paddenpoel 500 meter’, met pijl in de juiste richting?

Waar moeten ze hier überhaupt naartoe? De gracht van Huis Baak is het dichtstbijzijnde water dat ik me kan bedenken. Maar nogmaals: mijn belevingswereld is niet die van een pad. Als je er jaarlijks op uit moet om je eieren af te zetten terwijl je verplaatsingsmogelijkheden beperkt zijn, dan kijk je net wat anders tegen de wereld aan. Dan is zo’n mooie asfaltweg ineens een verrekte hindernis. Daarbij is de strijd tegen de autoband een enorm oneerlijke. Natuurverenigingen organiseren daarom overzetacties. En deze mensen hangen hier dit soort bordjes op, waarschijnlijk.

Hoe meer ik erover nadenk, hoe meer compassie ik voor de kikkers krijg. Als ik hier op deze frisse lentemiddag door het Baakse bos mag fietsen (waar fiets ik eigenlijk naartoe?), dan heeft de pad ook het recht om hier veilig over te steken. Ik stuit op nog een mooi weetje: studies tonen aan dat amfibieën zoals de padden en kikkers altijd weer terugkeren naar de poel waar ze zijn geboren. Ik ben er direct van overtuigd dat dit bij Achterhoekse padden nóg sterker het geval is. Ik voel verbondenheid. Mensen, sla acht op de bordjes en vertraag. Pas op voor de overstekende pad!

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant