Hans Martijn Ostendorp. Foto: PR
Hans Martijn Ostendorp. Foto: PR

‘Dat ik niet naar het goede zou streven, dat raakt mij diep’

Maatschappij

ACHTERHOEK - In Veur de Draod beantwoorden Bekende Achterhoekers stellingen. Wie antwoordt legt zijn ziel bloot. In aflevering 15 Hans Martijn Ostendorp (52), De Graafschap-voetbalbestuurder en voormalig burgemeester die een pijnlijke week had. 

Door André Valkeman

1) Mijn mentale bui is:
“Wat vermoeid. Stadions mogen weer open, maar slechts één derde mag erin. Onze supporters zijn verdeeld. Sommigen zeggen: houd gewoon het stadion helemaal dicht. We gaan allemaal naar binnen en anders niet. Een ander deel wil wel kans maken op entree. Een duivels dilemma.

Supporters hebben hun seizoenskaart betaald en mensen hebben alle recht om dan te zeggen: nu het kan wil ik naar binnen. Het doorslaggevende argument ook waarom wij onder kaarthouders toegangsbewijzen vergeven. Wie het eerst komt, het eerst maalt… 

Blij? Dat ben ik niet. Ik voel onmacht en het kabinet brengt mij in deze positie. Zij staan een derde toe waardoor wij ineens op verschillende manieren mensen teleurstellen. 

Bovendien is dit alternatief slechter. Mensen die niet in stadions kijken, kijken in grote groepen binnen bij elkaar. Besmettingskansen zijn daar groter dan in het stadion. Ik volg dit kabinet niet meer.”

2) Ik lijk het meest op ‘mien va/mo’:
“Mijn vader. Ook mijn voorbeeld. Heel rustig en niet oordelend over alles en iedereen. Ik hoop van hem zoveel mogelijk in praktijk te brengen. Hij gaf leiding aan productieafdelingen in confectiefabrieken.

Als kind, in uiterlijk, leek ik meer op mijn moeder, zij was als huisvrouw er altijd voor je en deed veel in het verenigingsleven in Dinxperlo. Ook wat betreft uiterlijk ben ik meer en meer mijn vader geworden. We hebben een bepaalde corpulentie.”

3)Toen was ik het gelukkigst:
“Toen onze eerste zoon geboren werd. Ik heb drie kinderen. Alle geboortes waren prachtig. Maar bij de eerste is er dat magische van alles voor het eerst. Ik reed de dag na geboorte door Duitsland heen, voor mijn werk. Ik reed maar veertig kilometer per uur van puur geluk. Zonk weg in een gelukzalig gevoel. Dat ons een zoon gegeven was en dat-ie gezond was.’’

4) Na de dood is er:
“Is permanents waar je verblijft. Het leven op aarde is slechts tijdelijk. Ik geloof niet in Petrus bij de poort die afrekent. Wel in de God van liefde, die zelfs op het allerlaatste moment vergeeft wat je gedaan hebt als je om vergeving vraagt. Ik ben geloviger dan mijn vader was. ‘Ik hoop en geloof toch dat we elkaar straks zien’, zei ik voor zijn sterven. ‘Zul je mij dan opzoeken straks?’ Dat ging hij doen. Een erg hoopvolle gedachte voor mij.”

5) Ik kan buiten de Achterhoek wonen:
“We hebben bijna negen jaar in Bunnik gewoond, waar ik burgemeester was. Maar ik ervoer dat je de man uit de Achterhoek kunt halen, maar de Achterhoek niet uit de man. Nu zijn we terug in Doetinchem. De Achterhoek is warmte, bourgondisch leven en het omzien naar elkaar.”

6) De mens is monogaam:
“Ik denk dat je dat nooit met honderd procent zekerheid kunt zeggen. In een leven kunnen andere relaties ontstaan. Die hoeven niet eens direct van seksuele aard te zijn. Bij sommigen kan dit uiteindelijk gebeuren. Maar mijn huis en thuiskomen is mijn vrouw, daar hoor ik, daar blijf ik trouw aan. Geen issue.’’

7) Hierom huilde ik voor het laatst:
“Ik las reacties van supporters die ik goed ken, over de heropening van het stadion. Sommigen schreven dat d’ran binnen De Graafschap afgelopen week onder mijn bewind wel een heel flets begrip was geworden, omdat wij een derde toelaten. Ik heb het daar wel erg moeilijk mee gehad... Ik wil altijd naar het goede streven, dat wordt dan betwist en dat raakte mij diep.’’

8) Mensen met een accent zijn:
“Heerlijk en Nederland heeft 17 miljoen mensen met accent. Er wordt in het westen vaak gedaan of het noorden, zuiden en oosten een accent hebben en het westen zou ABN zijn. Nee, ook Haags is een accent, als voorbeeld.’’

9) Dit is mijn grootste angst:
“Hoef ik niet lang over na te denken: dat mijn kinderen iets overkomt.’’

10) Dit komt op mijn grafsteen:
“Als ik nu iets moet zeggen: ‘De Heer is mijn herder’.’’

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant